Het Kenniscentrum Gemengde Scholen publiceerde een artikel over hoe we bij Meerkring omgaan met inclusie. Het geeft een inkijk in hoe we de wereld een beetje beter proberen achter te laten, juist voor die kinderen die het extra nodig hebben.
Samen leren en leven
Het liefst laten we kinderen samen opgroeien zodat ze samen leren en leven. En bieden we kinderen op die plek extra ondersteuning als het nodig is. Eerst werd hiervoor de term “passend onderwijs” gebruikt. Nu heet dit steeds vaker “inclusiever onderwijs”. Toch wordt hier op verschillende manieren naar gekeken. De één beschouwt dit als onderwijs voor écht iedereen en de ander ziet dit als het bieden van het juiste onderwijs op verschillende plekken waar specialismen worden gebundeld. Onze openbare en algemeen bijzondere stichting Meerkring biedt voor ieder kind een passende plek, ook op (tijdelijke) voorzieningen. Daarnaast mengen we op onze scholen het liefst leerlingen zodat ze van elkaar kunnen leren en samen opgroeien.
“De wereld een beetje beter achterlaten, dan hoe ik die heb aangetroffen”. Dat is waar ik het voor doe, samen met alle collega’s in het onderwijs. En dan juist voor die kinderen die het extra nodig hebben. Want daar is de impact van het onderwijs en extra ondersteuning het grootst, aldus Yvonne Hof.
Inclusiever waar kan en exclusief waar moet
Bij Meerkring hebben we de aanpak voor “inclusiever” onderwijs gedefinieerd als “inclusief waar kan en exclusief waar moet”. We hebben dan ook verschillende reguliere scholen en speciaal (basis)onderwijs zodat voor ieder kind en voor iedere professional een passende plek te vinden is. Wanneer kinderen op onze scholen zitten, bieden we wat ze nodig hebben. Dat betekent dat we het ene kind bijvoorbeeld meer lees- en/of rekenondersteuning bieden en andere kinderen extra uitdagende opdrachten. Ook zijn we gespecialiseerd in gedragsmatige puzzels. We zien in de praktijk dat dit een behoorlijke klus is, zeker als het verschil tussen kinderen groot is. En kinderen meer ontwikkeltijd kunnen gebruiken.
Op die plekken zijn “rijkere schooldagen” waardevol. Essentieel is dat hiervoor duurzaam tijd, geld en ruimte beschikbaar is. Helaas is dat wel iets waar we vaak tegen aan lopen omdat middelen vaak kortlopende subsidies zijn met wisselende voorwaarden.
Inclusief of exclusief?
Wat ik zelf een dilemma vind, is dat ik zie dat aan de ene kant op scholen waar kinderen zitten met een extra ondersteuningsbehoefte vaak erg goed onderwijs wordt gegeven. We zien namelijk dat kinderen op deze scholen een grotere groei doormaken. Deze scholen zijn veelal goed georganiseerd met duidelijke onderwijsdoelen en heldere regels. Ze analyseren continu op cognitief en sociaal emotioneel vlak wat kinderen nodig hebben en spelen hierop in. Dit soort scholen krijgt extra bekostiging om kleinere klassen te maken en extra begeleiding te bieden, bijvoorbeeld via de samenwerkingsverbanden. Hierdoor kunnen deze kinderen op een reguliere school blijven terwijl een aantal van hen anders naar een speciaal (onderwijs) school zouden gaan. De andere kant van het dilemma is dat dit soort scholen als gevolg hiervan vaak een éénzijdige populatie heeft. En dat we dit in stand houden door het zo te organiseren en te bekostigen dat omliggende scholen deze ondersteuning niet hoeven aan te bieden. In die zin zijn dit soort scholen enerzijds inclusief, maar anderzijds in relatie tot de andere scholen exclusief.
Heb oog voor impact en voorkom dat kinderen kind van de rekening worden
De zoektocht is hoe we dit veranderen richting meer gemengde scholen. Dan denk ik vooral aan gemengd in termen van ondersteuningsbehoeften, maar ook in termen van sociaal-economische en sociaal-culturele achtergronden. Hiervoor is een systeem- en cultuurverandering nodig. Met hierbij een dosis lef en liefde om het anders te doen. Hiervoor dienen we de tijd te nemen zodat kinderen, ouders, onderwijsorganisaties en andere stakeholders mee gaan in deze transitie. Want te snel deze stap zetten kan ertoe leiden dat kinderen (nog) niet de juiste ondersteuning krijgen. Dan zijn ze écht het kind van de rekening. We zullen dus de impact van alle stapjes goed moeten doordenken om het uiteindelijke doel te bereiken. En ons moeten realiseren dat we dit alleen bereiken door alle stakeholders te betrekken. Want in de praktijk zien we dat scholen gemengder kunnen worden als ook huisvesting (bijvoorbeeld nieuwbouw) en het sociale systeem erom heen in ogenschouw wordt genomen. Een mooi voorbeeld in Amersfoort is kindcentrum Vlinderslag waar nieuwbouw van de school en omgeving werd gerealiseerd, het kindcentrum een heldere visie heeft én ouders in de omgeving werden gestimuleerd hun kinderen aan te melden. Dit heeft geleid tot een gemengde school in termen van sociaaleconomische achtergronden waar ieder kind gepaste groei doormaakt en samen leert en leeft.
Amersfoort als “inclusieve stad”
In Amersfoort (onderwijsstad) ligt een mooie basis om dit vorm te geven. Zo is de gemeentelijke visie het zijn van een “inclusieve stad”. En zo hebben de schoolbesturen uit primair- en voortgezet onderwijs gezamenlijk vijf ambities opgesteld om hieraan bij te dragen. In visievorming en in de praktijk zien we stapje bij beetje impact ontstaan. Zo werken we aan een gezamenlijke visie om professionals in (de regio) Amersfoort te binden en te boeien, ontwikkelen we een effectieve doorgaande lijn van primair naar voortgezet onderwijs, hebben we een convenant opgesteld rondom vroeg- en voorschoolse educatie én stimuleren we scholen om meer samen te werken binnen wijken. Dat laatste leidt bijvoorbeeld tot meer kennisuitwisseling, gezamenlijke kinderactiviteiten en open dagen. Via gezamenlijke open dagen en een transparant en uniform aanmeldbeleid verwachten we dat ouders een betere schoolkeuze kunnen maken voor hun kind zodra hun kind 3 jaar wordt. Naast een gezamenlijke website van alle scholen hebben we daarom deelgenomen aan een onderzoek. En gaan we met de uitkomsten hiervan aan de slag om het nóg beter te doen. Want juist bij ouders met een niet van oorsprong Nederlandse achtergrond, merken we vaker dat zij de weg nog niet altijd goed kennen, hun kind later aanmelden en daardoor niet altijd een plek vinden op de school van hun voorkeur. Daarbij is de rol van de schoolbesturen om te zorgen dat alle ouders evenveel kans hebben dat hun kind een plaats krijgt op de school van hun voorkeur. Dat kan het beste via gezamenlijke afspraken over het aanmeldbeleid. Daarover zijn de schoolbesturen nu in gesprek, samen met de wethouder. Een gelijk speelveld bij aanmelden is een deel van de puzzel om kansengelijkheid te vergroten, segregatie tegen te gaan en gemengde scholen of inclusievere scholen te bevorderen. De andere puzzelstukken zullen eveneens integraal opgepakt dienen te worden.
Stem van het kind draagt bij aan inclusie
In dit hele proces van de systeem- en cultuurverandering richting inclusiever en gemengder onderwijs is de stem van kinderen essentieel. Kinderen brengen vaak compact en concreet onder woorden wat echt verschil maakt. Dat zien we al jaren bij leerlingraden, kinderwijkraden en kinderburgemeesters. Daarom is Meerkring vol overtuiging gestart met een kinderbestuurder met de portefeuilles kinderparticipatie en talentontwikkeling. Zijn visie is om kinderen meer met elkaar in verbinding te brengen en van elkaar te laten leren. Binnenkort presenteert hij zijn plannen. Wij hopen dat dit voorbeeld breder wordt opgepakt zodat kinderstemmen worden gehoord bij schoolbesturen, op scholen en in de maatschappij als geheel. Want iedere (kinder)stem helpt voor een inclusiever samenleving.